De
onderneming.
De drie P's.
Bamboe Informatiecentrum Nederland wil een onderneming zijn met zorg voor
Planeet Aarde. In het besef van onze beperkingen, willen wij onze talenten
volledig aanspreken. Wij blinken uit in het kweken van bamboeplanten en
de kennis van bamboe in al haar facetten. Wij zijn mensen die werken met
groen en met grond, en wij beseffen heel goed wat daar wereldwijd mee
gebeurt. Wij zijn eigenlijk geen mensen die goede voornemens koesteren.
Ons adagium is dat alleen de daad telt.

Er wordt niet grootschalig gekweekt; er worden noch pesticiden,noch andere
chemische middelen aangewend om de productie te vergroten.En wij zijn
heel zuinig op ons water.
Door de netwerkende aard van ons bedrijf en het grote belang dat wij hechten
aan cooperatie[wij kweken kwekers,wij stimuleren en wij nemen af] speelt
de P van People bij ons een grote beslissingsbeinvloedende rol.
90% van de strategische beslissingen binnen ons bedrijf wordt door vrouwen
genomen.
Door innovatief op alle bamboefronten het voortouw te nemen wordt er een
win-win situatie gecreëerd die in de ruimste zin aan iedere betrokkene
ten goede komt, zodat ook de P van Profit duurzaam gewaarborgd is.
Duurzaamheid.
Wanneer een begrip als duurzaamheid ter sprake komt,blijft het bij
de meeste ondernemers steken bij het in woord en geschrift belijden van
het milieu-aspect. Zodra het gaat om de productie van vernieuwbare grondstoffen
blijft het heel stil en blijkt duurzaamheid een problematisch begrip.
Het duurzaamheidsdenken
valt veel te vaak in een diepe valkuil van goede bedoelingen, die de brede
snelweg naar industriële productie markeren. In de zich ontwikkelende
landen zien de mensen de hele duurzaamheidsdiscussie vooral als een luxe-probleem
van grote westerse ondernemingen en hun fellow travellers cq. zetbazen,
die slechts geïnteresseerd zijn in een goed imago. Men vraagt zich
openlijk en bezorgd af wie er eigenlijk bij gebaat is.
Een kleine
boer bijvoorbeeld zal zijn vernieuwbaar gewas veelal zonder het gebruik
van pesticiden verbouwen.
Maar juist om precies deze reden van kleinschalig ondernemen is de man
niet interessant voor een fabrikant die goedkoper en veel wenst te produceren
en te exporteren.
DE VOLGENDE
PROJECTEN/DOELEN ZIJN INMIDDELS (door, met, voor het Bamboe Informatiecentrum)
SUCCESVOL AFGEROND:
De aanleg
van een Proefstation voor de kwekerij van winterharde en wintergroene
bamboes voor het Noord-Europese gebiedsdeel. [lijn boven Parijs-Basel]
In 1992 besloot de Vasteplantencommissie en het bestuur van de European
Bamboo Society afd. Nederland om alle bamboeplanten uit het proefstation
voor de Boomkwekerij in Boskoop naar Schellinkhout over te brengen, om
samen met de hier reeds aanwezige planten de zgn.Nationale Referentiecollectie
voor winterharde bamboes te vormen.
Het Bamboe Informatiecentrum Nederland heeft alle uit Boskoop overgebrachte
planten de Collectie Van de Laar gedoopt, als eerbetoon aan Harrie Van
de Laar, de man die zich tijdens zijn leven als geen ander heeft ingezet
voor de nomenclatuur van de bamboes in Nederland.
Het noordelijkste bamboebos van Europa ligt dus in Schellinkhout, aan
de boorden van het IJsselmeer.
Het stichten van een European Bamboo Society in Nederland.
In mei 1991 werd te Schellinkhout de EBS afdeling voor de Lage Landen
bij de Zee opgericht.
België volgde een jaar later.
De introductie van Bamboeparket als wereldprimeur.
Onder de naam PLYBOO® is door het Bamboe Informatiecentrum Nederland
een kwaliteitsmerk in de gezet
die het imago van bamboe compleet en wereldwijd gewijzigd heeft: van poor
man's timber naar rich man's choice. In Schellinkhout ligt logischerwijs
de 1e bamboeparketvloer van de Westerse wereld.
PLYBOO® vindt inmiddels navolging, want wat goed is komt snel.
De introductie
van nieuwe sierbamboes uit de heemgebieden.
Vanuit Japan, maar vooral uit China zijn ten behoeve van andere kwekerijen
grote partijen sierbamboes en andere soorten bamboes het Noord-Europese
continent binnengehaald om hier de flora te verrijken. Aan deze inspanningen
danken wij o.a. de goede verkrijgbaarheid van de meest indrukwekkende
en in ieder geval de meest tot de verbeelding sprekende bamboe in onze
tuinen en parken: de Phyllostachys vivax 'Aureocaulis'. Aan de bevoorraders
van met name Duitse en Nederlandse tuincentra die voornamelijk in Noord-Italië
[het gebied tussen Florence en Pisa] bij Pistoia zijn gesitueerd werden
en worden door Bamboe Informatiecentrum Nederland met grote regelmaat
frisse jonge planten [plantgoed] geleverd met de goede nomenclatuur en
de juiste winterhardheidswaarden.
De introductie van bamboe als bouwmateriaal in Europa.
Het heeft twee decennia geduurd om bamboe te introduceren als volwaardig
en duurzaam bouwmateriaal in West-Europa.
De reden laat zich raden.
Uit China, waar zich een enorm reservoir aan bamboe bevindt, worden sinds
jaar en dag bamboestammen geïmporteerd ten behoeve van boomkwekerijen.
Behalve voor het stutten van jonge bomen worden bewerkte ronde bamboestokken
gebruikt in de sierteelt. Eisen aan de kwaliteit werden en worden meestal
niet gesteld, ze moesten recht en droog zijn en vooral niets kosten.
Meer dan 200 soorten bamboes die qua verschijningsvorm op elkaar lijken,
worden op één hoop geveegd: de naam is Tonkinstok. (naar
de Golf van Tonkin.)
Iedere andere bamboe die in diameter te dik was om Tonkin te worden genoemd,
kreeg in China de naam Moi-chu, wereldwijd verbasterd tot de oorspronkelijk
Japanse naam Moso.
Bamboe als verzamelnaam voor meer dan 2000 soorten van zich snel verhoutend
reuzengras heeft zoals u begrijpt nogal wat bastaardkinderen voortgebracht.
Aan bio-diversiteit heeft de doorsnee bamboehandelaar een grondige hekel.
Het is daarom niet zo vreemd dat de behoefte om de nadruk op de verschillen
tussen de ene en de andere bamboe te leggen zich voor het eerst manifesteert
in de sierteelt. Soortechtheid en kwaliteitsbesef staan hoog in het vaandel
geschreven. Het bestaan van de gehele Noord-Europese bomen-en plantenteelt
hangt af van een goede nomenclatuur (naamgeving). Met een voorbeeld: u
vraagt niet om een berk wanneer u een beuk bedoelt. In beide gevallen
zijn het bomen. Zo koopt u geen bloemen, maar u vraagt specifiek om rozen.
En toeristen bezoeken in het voorjaar de Keukenhof niet om bloemen in
het algemeen te bekijken. Nee, ze komen speciaal voor de bollen, dus de
tulpen, hyacinthen enzovoorts. En de tulpen zelf bestaan bij de gratie
van oneindig veel variëteiten.
Daar waar u
onwetend bent, loert altijd het gevaar van de vereenvoudigende vervalsing!
Promotie
van literatuur en kennis.
Bamboos of the World.
Van Dieter Ohrenberger, de man die zo'n 20 jaren gewerkt heeft aan Bamboos
of the World, een onvolprezen geannoteerde nomenclatuur- en literatuurstudie
van welhaast alle bamboes, heeft Bamboe Informatiecentrum Nederland de
complete originelen in bezit en minutueus uitgewerkt op cd-rom.
A Compendium of Chinese Bamboo
A Compendium of Chinese Bamboo is volgens ingewijden het meest complete
boek wanneer het om bamboeplanten en hun verschillende kenmerken gaat.
Bamboespecialisten en wetenschappers in China hebben ons overtuigd van
het belang van een spoedige verschijning. Bamboe Informatiecentrum Nederland
heeft de druk en de verspreiding van dit zo cruciale standaardwerk mogelijk
gemaakt door het geheel te financieren. De titel is in het Chinees en
in het Engels verschenen, in twee oplagen van elk drieduizend exemplaren.
Via de Chinese Academy of Forestry heeft Bamboe Informatiecentrum Nederland
in 1994 de drieduizend Chinese exemplaren aan de regering van de Volksrepubliek
China geschonken. De andere drieduizend exemplaren zijn naar Schellinkhout
verscheept en hiervandaan verspreid over bamboeminnend Europa en de VS.
Masterplan 2002/2010.
Voor de periode 2002/2010 is een masterplan geformuleerd waarin klaar
en duidelijk de nadruk wordt gelegd op de noodzaak van de aanleg van bamboeplantages
voor het hout van morgen uit de snelst groeiende plant ter wereld. (lees:
tomorrow's timber masterplan, Charley Younge.
Bamboe is een
vernieuwbare grondstof die zijn weerga niet kent.
Wat is dat, een vernieuwbare grondstof??
Het gaat om materialen waarbij het verbruik niet groter wordt dan wat
de natuur zou kunnen produceren.
Tropisch hardhout is in heel veel gevallen geen vernieuwbare grondstof,
want de meeste bossen die gekapt worden komen zelfs binnen 100 jaar niet
terug. U bent er in ieder geval nooit bij.
Ook niet wanneer er een keurig keurmerk op gebrand staat!
Alles wat gekapt wordt is meestal voorgoed weg. Heeft u ooit in Nederland
een gesloopte boomgaard gezien waar na verloop van tijd weer bomen werden
geplant? Bij ijzererts en olie geldt dat alles wat uit de bodem wordt
gehaald voorgoed is verdwenen.
En nu de definitie nog:
Een vernieuwbare grondstof is een grondstof die na gebruik zichzelf binnen
een bepaalde tijd weer produceert.
Bamboe is een excellent voorbeeld van vernieuwbaarheid en duurzaamheid,
omdat de plant zich binnen een jaar weer heeft herhaald.
Bamboe is een gras dat groeit als kool, maar in tegenstelling tot kool
kan de bamboestam zich meten met de hardste soorten hout.
|
|
Marktpotentie.
De inschatting
van de marktpotentie door Bamboe Informatiecentrum Nederland (1989) van
bamboeparket is een succesverhaal.
De huidige en potentiële toepassingsgebieden van de grondstof bamboeplaat/fineer
zijn teveel om op te noemen.
Al doende heeft BIC kans gezien haar inzicht bij toepassingen op met name
de Europese markt te verdiepen (grotendeels kwalitatief).
Voortschrijdend inzicht kwam ook door het onderweg onderkennen van belemmeringen
en randvoorwaarden, waardoor uitbreiding van het gebruik in Nederland
en in de rest van Europa kon plaatsvinden.
De concurrentie houdt eerbiedig afstand omdat het BIC gelukt is haar naam
aan het keurmerk PLYBOO® voor sophisticated bamboeplaatmateriaal te
verbinden.
BIC is diep
betrokken bij de bamboe ontwikkelingen in de huidige en potentiële
productielanden en heeft een uitgebalanceerd overzicht van de al dan niet
bestaande handelsrelaties met betrekking tot de grondstof wereldwijd.
Waar BIC zich in landen als China, Indonesië en de Filippijnen beperkt
heeft tot vooral een adviserende rol, is het bedrijf in samenwerking met
vooral Chinese partners in bijv. Centraal- en Zuid-Amerika betrokken bij
zowel de aanplant van industriële bamboes als bij de fabricage van
plaatmateriaal en fineer.
HERA BAMBUS is een kwalitatief hoogwaardig houtbedrijf in Oostenrijk.
Omdat HERA aan duurzaam ondernemen hoge prioriteiten geeft, heeft men
onze filosofie herkend en omarmd , met als gevolg dat HERA BAMBUS de enige
serieuze en in ieder geval de grootste voorraadhouder is van topkwaliteit
bamboeparket, excellente panelen en bamboefineer in Europa.
|
|
De
markt voor bamboetuinhuizen.
Naast een steeds
groter wordend aanbod van ramsch in alle sectoren ontwikkelt zich -autonoom
- een exquise markt voor eenvoudige, heel mooie dingen.
De renaissance van handgemaakte topproducten dient zich aan. Er zal steeds
meer vraag komen naar het bijzondere en het zeer bijzondere: de bereisde
en doorgaans goed geïnformeerde consument is volwassen geworden.
Bamboe bijvoorbeeld is niet langer een plant in een pot. Bamboe is niet
langer een vishengel. Bamboe is in sommige kringen niet eens meer een
product. Bamboe is beleving geworden: bamboe is filosofie, is lifestyle.
Hoe meer mensen de tuin asfalteren met gekleurde klinkers, hoe meer anderen
op zoek gaan naar planten met een naam en voorwerpen met een geschiedenis.
Hoe meer tuinen op parkeerplaatsen lijken, hoe spannender en lommerrijker
andere tuinen worden aangelegd.
De volwassen consument gaat op zoek naar de plek waar de tussenhandel
hem altijd weg probeert te houden: de producent van groen. De tussenhandel
klaagt steen en been. Logisch, want de tussenhandel heeft het moeilijk.
Zo'n 70% van de aspirantkopers hanteert tegenwoordig het internet om vóór
te selecteren. Terwijl de bedenker van de bamboetuinhuizen in Noord-Holland
Noord zit, worden de eerste exemplaren in hartje Drenthe (Schoonoord,
bij Emmen) geplaatst. Met dank aan de website (www.bamboe-ic.nl). Bamboe
bewustzijn beperkt zich kennelijk niet tot de glossy stedelingen uit de
Randstad.
De tussenhandel valt er in de nabije toekomst in vele sectoren tussen
uit. Dit gaat - noodzakelijkerwijs - gepaard met het rollebollen over
straat van de kampioenen van de permanente uitverkoop. Maar op den duur
gaat kwaliteit het winnen van kwantiteit.
In het consumentenlandschap ontstaat een duidelijke tweedeling. Een deel
gaat voor goed. Een ander deel voor goedkoop en voorbij.
Een deel gaat voor prijsvoordeel, voor grote cijfers en getallen.
Weer anderen gaan voor die ene plant met die mooie naam
Fargesia m.'Mae' en laten zich consequent informeren waar Phyllostachys
vivax 'Aureocaulis' voor staat. Zeker is dat het individuele product steeds
meer zielen wint.
Mooi meubilair laat u - bij voorkeur - maken. Hetzelfde geldt voor handgemaakte
kleding. Want laten wij wel wezen, wanneer het maar even kan, is het nooit
uw koopkracht, maar altijd uw lifestyle geweest die tenslotte bepaalt
waar u voor kiest. ''Liever naakt dan namaak'' is een oude beproefde slogan
die onveranderd geldig is. In het Bamboepark te Schellinkhout is de bamboedroom
werkelijkheid geworden. U kunt er als consument uw koopervaring combineren
met de beleving die erbij hoort. U zult versteld staan hoe dicht uw fantasie
zich bevindt bij de werkelijkheid van alledag.
Zó snel groeit de bamboe die u gekocht heeft. Geen plant in uw
tuin die zoveel satisfactie geeft en zó vlug uw verwachting overstijgt..
En zó anders, zó mooi zijn de bamboe tuinhuisjes.
Charley Younge
Bamboepark Schellinkhout
Passie
& missie.
De
aandacht van notoire zwervers voor Schellinkhout dateert al van heel vroeg
in de Hollandse geschiedenis: Floris V landde in 1282 met een grote vloot
tussen Wijdenes en Schellinkhout in een poging West-Friesland aan zich
te onderwerpen. De opperbevelhebber van de Spaanse vloot,de Graaf van
Bossu, werd in oktober 1573 bij Schellinkhout door de gecombineerde Hollandse
vloot verpletterend verslagen. Hij bevond zich met zekerheid heel ver
van huis.
En natuurlijk kan de dichter Jan Luyken niet onvermeld blijven. Hij verhuisde
in 1703 uit 'buiten Haarlem' helemaal naar Schellinkhout.
Toen dus in april 1985 de oude burgemeesterswoning van Jacob Houter werd
aangekocht waren wij terdege gewaarschuwd en deden wij er dus van alles
aan onze buren te vriend te houden. Niet al te lang daarna werd er een
begin gemaakt met de aanleg van het bamboepark. Dat het niet over rozen
ging wisten wij tevoren. Maar ik zeg nu nog dat ik blij ben dat ik toen
niet wist hoeveel obstakels wij te overwinnen hadden, anders waren wij
er mogelijk niet aan begonnen en zouden ze er nu niet staan, de meer dan
honderd soorten winterharde en vooral wintergroene bamboes die inmiddels
de 20.000 m² grote tuin het aanzien geven van een tropisch woud.
Bamboeliteratuur
en corresponderen over bamboe met iedereen die het woord maar wist te
spellen werd een tweede natuur en natuurlijk loop je vroeg of laat David
Farelly tegen het lijf, de schrijver van 'The Book of Bamboo', voor mij
nog steeds het meest inspirerende boek ooit over bamboe geschreven.
Hoe beschrijf je iemand die je bewondert, zoals ik dat bij Farelly doe,
zonder dat je je eigen individualiteit verliest, zonder dat je kleurloos
epigoon wordt of prediker van andermans evangelie? Ik heb dagen naar hem
geluisterd zonder moe te worden, geschrapte wortelen met hem gedeeld terwijl
ik een fervent vleeseter ben, in zijn ruïne bij hem gezeten terwijl
ik mij in een meersterrenhotel het beste thuisvoel.
Hoe
deed Carl Jung dat bij Freud, doe deed Robert Young dat bij Floyd Mcclure,
hoe gaat Charley Younge het doen bij de grote Farelly??
In 'The Book of Bamboo' geeft de oude meester zelf het recept: uit dit
boek mag eindeloos worden gestolen en geciteerd, daar is het voor geschreven.
Ik heb Farelly dus geript: in mijn kamer ligt anderhalf stukgelezen exemplaar
van zijn boek, verknipt, verschrapt, bevlekt en beduimeld. De dief van
Baghdad is bij mij vergeleken een beginneling.
Nee, kennis haalde ik bij andere plantenliefhebbers en kwekers, de techniek
kan ieder moment worden ingehuurd, zeker in Hollland. Aan de combinatie
van kennis en techniek - volgens de definitie van Heidegger niet meer
dan kennis - gewelddadig toegepast, hebben wij de kwekerij te danken en
Nederlands eerste bamboepark.
Van Farelly kreeg ik de bezieling die nodig was om de bamboecultuur in
al zijn verschijningsvormen te bestuderen. Maar gedurende mijn reizen
op zoek naar bamboe blijf ik mij van één ding pijnlijk bewust:
als de belangstelling voor bamboe ophoudt bij het kweken van een sierplant
is de bamboedroom bij voorbaat mislukt. Want bamboe is naast een heel
mooie sierplant vooral de meest logische vervanger van hardhout.
Dat betekent dat wij op eigen rekening het aanplanten van bamboe moeten
bevorderen, zoals wij dat voorheen deden met koffie en rubber. Met een
vooropgezet politiek programma zijn woestijnen te bevloeien, is verzilting
van de bodem tegen te gaan en zijn wij in staat bergen te verzetten.
|



|